Traditioneel Baumkuchen recept

Om de Duitse Baumkuchen na te maken, klop je eerst de boter romig. Ik gebruik hiervoor altijd een keukenmachine, maar een sterke arm en een garde volstaan ook.

Voeg dan geleidelijk de suiker, het zout en de zaadjes uit het vanillestokje toe. Uit ervaring weet ik dat het hier belangrijk is om er echt voor te zorgen dat elk ingrediënt volledig is opgenomen voordat je het volgende toevoegt.

Nu komen de eieren in het spel. Klop ze één voor één door het mengsel. Wacht met het volgende ei tot het vorige er helemaal doorheen is gemengd.

Meng de bloem, maïzena en bakpoeder en zeef dit in twee porties door het mengsel. Roer goed na elke toevoeging.

Verdeel nu het beslag over twee kommen en roer de rum door de ene helft.

Nu is het tijd om te bakken. Je hebt een speciale Baumkuchenvorm nodig of, zoals ik doe, een springvorm die je er na elk bakproces even uit kunt halen. Doe afwisselend een dun laagje van het rumbeslag en een dun laagje vanillebeslag in de vorm en bak elke laag afzonderlijk onder de grill van je oven tot ze goudbruin zijn. Dit vergt wat tijd en geduld, maar het resultaat is het absoluut waard.

Zodra de cake is afgekoeld, besmeer je hem met de abrikozenjam en giet je er tot slot de gesmolten chocolade overheen. Als je wilt, kun je ook marsepein tussen de lagen doen. Zo doe ik het altijd met kerst.

Laat de Baumkuchen na het bakken volledig afkoelen en laat hem een nacht staan voordat je hem serveert. Veel plezier met bakken en genieten van dit prachtige stukje Duitse bakkunst.